Biscuits

Geen koekjes, maar "biskits". Ik heb ze gebakken in mijn gietijzeren pan en ervan genoten met mijn ogen dicht.

Wat hebben we nodig:
  • 1 kopje bloem
  • 2 koffielepels bakpoeder
  • snuifje natriumbicarbonaat
  • snuifje zout
  • 1 eetlepel boerenboter, ijskoud
  • 1 eetlepel smout, ijskoud
  • 1/2 kopje karnemelk, ijskoud
Hoe gaan we te werk:
  • Verwarm de oven voor op 230°C.
  • Meng de bloem met het bakpoeder, natriumbicarbonaat en het zout.
  • Verkruimel de boter en de smout boven de bloem en werk ze er snel door, tot je kruimels bekomt.
  • Maak een putje in het midden en giet er de karnemelk in.
  • Meng alles met een houten lepel.
  • Hoe minder je het deeg bewerkt, hoe luchtiger je biscuits zullen zijn.
  • Stort het deeg op een met bloem bestoven werkblad.
  • Bestuif het deeg met extra bloem.
  • Vouw het deeg een 6-tal keer en plat het dan af tot een cirkel van 2.5 cm dik.
  • Gebruik een ronde uitsteker en steek de rondjes telkens met 1 slag uit. Haal het resterende deeg weg en vouw het voorzichtig weer samen, zonder het te kneden.
  • Steek de rest van de rondjes uit. Je zou in totaal 6 biscuits moeten hebben.
  • Zet de biscuits tegen elkaar aan in de gietijzeren pan.
  • Bak de biscuits 15 - 20 min of tot ze mooi lichtbruin gekleurd zijn.
TIP:

Hoe minder je het deeg gekneed hebt (je mag eigenlijk niet echt kneden, enkel vouwen), hoe meer laagjes je biscuits zullen hebben. Meer laagjes = de beste biscuits.
Je kan de biscuits ook op het vuur bakken, in de gietijzeren pan.
Zet de biscuits zo dicht mogelijk tegen elkaar. Dat zal ze helpen om hoger te rijzen en luchtiger te worden.
Eet de biscuits warm uit de oven op.

Reacties