Spaghetti met tonijn en tomaatjes

Foto Cathy Van de Moortele

Zo eenvoudig en meestal heb je wel alles in huis om dit bord pasta te maken. Tonijn moet je gewoon in de voorraadkast staan hebben. Ik kies graag voor een goed merk en voor tonijn op olijfolie. Kerstomaatjes staan ook elke week op mijn boodschappenlijstje, ze zijn zo verwerkt in een gerecht. Of je echt zelf pasta moet maken? Niets moet, maar ik hou van verse pasta en het is een ontspanning voor mij.

Wat hebben we nodig:

• verse pasta, op basis van 100 gr ei, 100 gr semola en 100 gr "00" pastabloem
• zout
• olijfolie
• 1 teen knoflook, gepeld en geplet
• 2 bokaaltjes tonijn op olijfolie, uitgelekt (280 gr uitgelekt gewicht)
• 600 gr ministar tomaatjes, in 4 gesneden
• platte peterselie, gesnipperd
• enkele chilivlokjes

Hoe gaan we te werk:

• Maak het pastadeeg volgens het gekende recept. Laat het deeg 30 min rusten in een ziploc zakje.
• Rol het deeg uit tot lasagnevellen (ik ga tem stand 6 van 9 standen op mijn Kenwood pastamaker) en verwerk deze tot spaghetti.
• Bestuif de spaghetti met wat semola, rol hem tot nestjes en laat hem kort drogen op een horizontaal pastadroogrek.
• Zet een grote pot met ruim, gezouten water op het fornuis en warm die alvast op.
• In een diepe hapjespan doe je een bodempje olijfolie.
• Leg de knoflook in de olie en warm hem mee op. Zet het vuur niet te warm, zodat de knoflook niet verbrandt.
• Plet de tonijn in de olie. Laat hier en daar nog wat stukjes tonijn over, voor het visuele aspect.
• Voeg de tomaatjes toe en laat ze zacht worden.
• Strooi een deel van de peterselie in de saus en kruid met chilivlokjes.
• Kook de spaghetti al dente.
• Voeg een pollepel pastakookvocht toe aan de saus, samen met de beetgare pasta.
• Meng alles voorzichtig door elkaar, strooi nog wat extra peterselie over het gerecht en verdeel de pasta over 2 diepe kommen.
• Werk af met extra olijfolie.

TIP:

Voeg wat kappertjes of zwarte olijven toe aan de pasta.
Ministar tomaatjes zijn dubbel zo groot als kerstomaatjes en even lekker (en goedkoper).

Foto Cathy Van de Moortele