Dubbelgebakken koekjes

Foto Cathy Van de Moortele

Zie het een beetje als Italiaanse biscotti. Deze koekjes bak je namelijk ook twee keer! We rollen er de eerste keer balletjes van en die worden gebakken op hoge temperatuur. Na afkoelen snij je ze door en dan bak je ze voor een tweede keer, op een lagere temperatuur gedurende een langere tijd. Heerlijk om zo weg te knabbelen, maar je kan ze ook op een andere manier eten. Dat hoor je heel binnenkort in een volgend recept!

Wat hebben we nodig:

• 130 gr boerenboter, ijskoud, in blokjes gesneden
• 100 gr rietsuiker
• 275 gr patisseriebloem
• 3 gr bakpoeder
• 1 ei
• zeste van 1 citroen

Hoe gaan we te werk:

• Doe de boter in een kom met de suiker.
• Gebruik twee messen om de ingrediënten te "snijden".
• Zeef de bloem met het bakpoeder boven dit mengsel en kneed het er kort door tot je een soort crumble hebt.
• Meng het ei met de citroenzeste door het deeg en kneed kort.
• Vorm een schijf van het deeg, wikkel die in plastic folie en leg het deeg een uurtje in de koelkast.
• Haal het deeg uit de koelkast.
• Verwarm de oven voor op 220°C.
• Zet twee bakplaten met bakpapier klaar.
• Verdeel het deeg in porties van 20 gr.
• Rol balletjes van de porties en verdeel ze over de bakplaten.
• Bak de balletjes 10 min op 220°C. Stop de tweede bakplaat er pas in wanneer de eerste er uit is.
• Laat de koekjes afkoelen.
• Verminder de temperatuur van de oven naar 175°C.
• Snij de koekjes doormidden met een gekarteld mes. Ze zullen kruimelen, maar dat is ok. De koekjes zijn nu nog rauw van binnen.
• Leg de gehalveerde koekjes terug op de bakplaten, met de snijkant naar boven.
• Bak de koekjes 20 min op 175°C. Zet de tweede bakplaat er pas in nadat de eerste lading gebakken is.
• Laat de koekjes volledig afkoelen en uitharden op de bakplaat op een rooster.
• Bewaar de koekjes in een gesloten, blikken koekjestrommel.

Foto Cathy Van de Moortele

TIP:

Deze koekjes zijn heel lekker in de koude karnemelksoep die we eergisteren maakten. Laat ze even weken in de karnemelk en slobber ze dan lekker op.

Foto Cathy Van de Moortele