Rösti

Foto Cathy Van de Moortele

Rösti, latke, aardappelpannenkoekje, placki... allemaal verschillende namen voor gebakken aardappelrasp. Dit is de basisversie. Eerder al heb ik hier een recept neergeschreven voor rösti met ui en spek. Je kan er heel veel kanten mee op. Serveer ze met verse pijpajuintjes en zure room en eet ze zowel warm als koud. Ik hoorde ook al van appelmoes in combinatie met rösti. Anyway: maak ze gewoon klaar.

Wat hebben we nodig:

• 2 grote frietaardappelen, geschild en gewassen
• 1 sjalot, gepeld en fijngesnipperd
• 2 eiwitten, losgeklopt
• 1 - 2 eetlepels bloem
• peper en zout
• olie

Hoe gaan we te werk:

• Rasp de aardappelen grof. 
• Doe de aardappelrasp in een kom met koud water om het zetmeel zo veel mogelijk weg te spoelen. Hoe meer zetmeel je verwijdert, hoe krokanter de rösti zullen zijn. 
• Breng de rösti over in een pureeknijper en knijp met al je kracht overtollig water weg. De rösti moet zo droog mogelijk zijn.
• Meng de droge rösti met de sjalotsnippertjes, de eiwitten en de bloem.
• Kruid goed af met peper en zout.
• Verhit een grote pan op het vuur en giet er een bodempje olie in.
• Schep hoopjes aardappelrasp in de pan en duw ze plat.
• Bak de pannenkoekjes aan beide zijden goudbruin en krokant.
• Laat de rösti uitlekken op huishoudrol.

TIP:

Je kan de rösti ook laten uitlekken in een keukenhanddoek: verzamel alle rasp op een handdoek, vouw hem dicht en knijp het vocht er uit.