Eenpansgerecht met gehaktballen en spruitjes

Foto Cathy Van de Moortele

Dat mijn man nog maar even mag genieten van de winterse eenpansgerechten. Hij houdt van wintergroenten: kolen, rapen, spruiten, witlof,... Laat dat nu net de zaken zijn die niet op mijn wenslijstje staan. Maar de liefde gaat door de maag en waarom zou ik hem niet blij maken met een warme maaltijd voor hij zijn lange werkdag aanvat?

Wat hebben we nodig:

• 250 gr gehakt
• 10 gr paneermeel
• peper van de molen
• zout
• platte peterselie, fijngesnipperd + extra voor de afwerking
• 10 spruiten, schoongemaakt 
• olijfolie
• 1 ui, gepeld en grof gesnipperd
• 100 gr wortel, geschraapt en in rondjes gesneden
• 100 gr pastinaak, geschraapt en in blokjes gesneden
• 230 gr rode krieltjes, gewassen en middendoor gesneden
• 1 grote eetlepel tomatenpuree
• 450 ml kippenbouillon, heet
• enkele jonge takjes thijm, gerist

Hoe gaan we te werk:

• Doe het gehakt in een kom en maak het aan met paneermeel. Kruid met peper, zout en peterselie.
• Rol 10 gelijke balletjes van het gehakt.
• Zet een diepe hapjespan op het vuur en laat er wat olijfolie in opwarmen.
• Bak de balletjes mooi bruin. Ze moeten nog niet garen, alleen kleur krijgen.
• Haal de balletjes uit de pan.
• Blancheer de spruitjes in licht gezouten water. Giet ze af en spoel ze met ijskoud water om de kleur te behouden.
• Fruit de uisnippers aan in het resterende bakvet.
• Voeg de wortel en pastinaak toe en roerbak die even mee.
• Roer de krieltjes onder de groenten en bak ze even mee.
• Roer de tomatenpuree door de groenten en bak die even mee om de rauwe smaak weg te krijgen.
• Blus met kippenbouillon en warm goed door.
• Kruid met thijm.
• Laat alles zo'n 15 min op een medium vuur pruttelen.
• Voeg nu de balletjes en de spruitjes toe en gaar door tot de aardappeltjes en spruitjes gaar zijn. Reken hier nog zo'n 20 min voor op medium vuur.
• Werk af met extra peterselie.

Foto Cathy Van de Moortele

TIP:

Je kan ook gewone kookvaste aardappelen gebruiken als je geen krieltjes hebt. Snij ze in gelijke stukken.
Op het einde heb je bijna geen vocht meer over.

Foto Cathy Van de Moortele