Charlottetaart

Een recept voor appeltaart moet iedereen in zijn receptenmapje zitten hebben. Dit recept voor
Foto Cathy Van de Moortele
Charlottetaart, de meest gekende appeltaart van bakkerij Bloch, is daar een goed voorbeeld van. Niet te zoet, aangenaam boterdeeg, net genoeg appeltjes. Stefan Elias, de rechterhand van Bloch, laat in een filmpje zien, hoe je deze taart thuis kan maken. Dit is de manier hoe ik ze gemaakt heb. Het boterdeeg meng je zo kort mogelijk. Probeer het deeg zeker en vast niet te kneden, want anders krijgt je taart een taaie korst. Vervang de bloemsuiker niet door kristalsuiker, anders riskeer je dat het boterdeeg breekt tijdens het samenstellen van de taart.

Wat hebben we nodig:
  • 200 gr patisseriebloem
  • 100 gr bloemsuiker
  • snuifje zout
  • 100 gr boerenboter, in blokjes gesneden en op kamertemperatuur
  • 1 ei, losgeklopt
  • 1 eetlepel confituur (ik heb abrikozen gebruikt)
  • 4 stevige, eerder zurige appels (Boskoop is een goeie optie), geschild
  • 3 klontjes boter
  • 1 ei, losgeklopt
  • 25 gr decorsuiker
Hoe gaan we te werk:
  • Maak het boterdeeg voor deze taart minstens 2u op voorhand, zodat het deeg de tijd krijgt om uit te harden in de koelkast.
  • Meng de bloem met de bloemsuiker en het zout in een kom.
  • Meng de boter door de droge ingrediĆ«nten in een luchtige beweging. Voeg het ei toe. Ga vooral niet kneden, maar "schep" alles met je vingers door elkaar, zoals je zou doen tijdens een spel in de zandbak.
  • Het deeg is klaar zodra alles samen komt en er geen droge ingrediĆ«nten meer in de kom liggen.
  • Vorm het deeg tot 2 gelijke platte schijven en wikkel het in plastic folie.
  • Leg het deeg in de koelkast om op te stijven.
  • Verwarm de oven voor op 190°C.
  • Zet een taartvorm van 18 cm diameter klaar en vet die in met wat boter.
  • Leg een rond bakpapiertje in de vorm en vet dat ook lichtjes in met wat boter.
  • Haal de klokhuizen uit de appels en snij de appel in stukjes.
  • Bestuif je werkblad lichtjes met wat bloem.
  • Bestuif de eerste deegschijf lichtjes met wat bloem en rol de schijf uit tot een grote cirkel deeg.
  • Draai het deeg tijdens het rollen regelmatig om en blijf bestuiven met extra bloem, zodat het zeker niet gaat kleven aan je werkblad.
  • Leg het deeg in de vorm en laat de randen overhangen.
  • Bestrijk de rand van het deeg met een klein beetje water.
  • Smeer de confituur met de achterkant van een lepel, op de taartbodem. De confituur vormt een buffer tussen de vulling en de bodem.
  • Leg de appelstukjes op de confituur. De appels mogen gerust een bergje vormen.
  • Verdeel 3 klontjes boter over de appeltjes.
  • Rol de tweede portie deeg uit en drapeer het uitgerolde deeg over de appeltjes.
  • Druk met je handen het overtollig deeg van de vorm. De taart is nu mooi gesloten.
  • Maak met je vinger een gaatje in het midden van de taart, zodat de stoom kan ontsnappen tijdens het bakken.
  • Bestrijk het deeg met een dun laagje losgeklopt ei en bestrooi met de decorsuiker.
  • Zet de taart 60 -70 min in de oven.
  • Haal de taart uit de oven en laat ze in de vorm afkoelen op een rooster.
  • Haal een aardappelmesje voorzichtig langs de rand en schud even met de vorm.
  • Draai de taart om op een bord, verwijder de vorm en draai ze weer om op een tweede bord.
TIP:

Maak een dubbele portie deeg en vries 1 portie in. Zo heb je altijd basis boterdeeg in huis.
Decorsuiker is een dikkere suikerkorrel die je oa gebruikt op appelflappen. Ik vind dit een leuke suikersoort om taarten mee af te werken, omdat ze dan zo'n lekker knapperig korstje krijgen.
Lekker met een bolletje ijs.
In het oorspronkelijk recept zit wat kaneel. 
De resten van het deeg kan je nog enkele dagen in de koelkast bewaren of bewaar je in de diepvriezer om eenpersoonstaartjes mee te maken.


Reacties