Koekjes uit Puglia
Foto Cathy Van de Moortele |
Terwijl de Hubby een ligbed op het strand van Savelletri di Fasano bezette, deed ik een ritje met de auto in de buurt. Ik was op zoek naar bakvormpjes om pasticciotto te maken en dacht dat iedere winkel die wel zou hebben. Niet dus... maar ik vond wel een klein bakkerijtje waar ik naast een cappucino ook enkele zelfgebakken koekjes kocht. Ik hou van dit soort "droge" koekjes, ze doen mij een beetje denken aan boudoirs, maar dan krokanter. De pastarelle hadden de tijd niet om oud te worden...
Wat hebben we nodig:
- 2 eieren
- 180 gr fijne griessuiker
- 80 ml extra virgine olijfolie uit Puglia
- zeste van 1 citroen
- snuifje zout
- 550 gr patisseriebloem
- 9 gr bakpoeder
- 60 ml melk, op kamertemperatuur
- kristalsuiker
Hoe gaan we te werk:
- Verwarm de oven voor op 180°C.
- Zet een bakplaat met bakpapier klaar.
- Doe de eieren in een kom en klop ze op met de suiker.
- Klop goed door tot de suiker is opgelost.
- Voeg de olijfolie toe en klop verder tot een homogeen beslag.
- Meng de citroenzeste en het snuifje zout door het beslag.
- Meng de bloem met het bakpoeder.
- Voeg afwisselend bloem en melk toe aan het beslag en meng kort met de K-haak van de Kenwood.
- Verdeel het deeg in 4 gelijke, lange worsten.
- Snij de worsten af op 7 cm en rol ze door kristalsuiker.
- Leg een worstje deeg op je werkblad en druk er een gnocchi plankje op, zodat je lange ribbels krijgt op het koekje.
- Leg de koekjes met de gesuikerde kant naar boven, op de voorbereide bakplaat.
- Bak de koekjes 25 min of tot ze lichtgekleurd en uitgebakken zijn.
- Laat de koekjes afkoelen op de bakplaat.
TIP:
Doop de koekjes in een tas koffie of thee. Of knabbel ze zo weg.
Uit dit recept haalde ik 40 koekjes.
Heb je geen gnocchi plankje? Geen probleem, ook zonder de ribbeltjes zijn ze even lekker! Druk dan gewoon het worstje plat in de suiker. Je hoeft ze dan niet eerst door de suiker te rollen. Of je drukt het koekje eerst platter met een houten plankje en trekt er dan streepjes in met een vork.
Foto Cathy Van de Moortele |
Reacties